Tubantia 5 november 2022

Of ik nog naar het WK voetbal ga kijken? Zeker wel! Maar ik ga dan wel op zoveel mogelijk manieren uitdrukking proberen te geven aan mijn solidariteit met het uitermate ook wel schandalig en bijkans honds en misdadig slecht behandelde internationale proletariaat dat voor de zoveelste keer in de geschiedenis der mensheid slechts als kapot getrokken behang functioneerde in een misselijk makende protserig gedecoreerde etalage van de mondiale sport- en marketingelite. Of zoiets. Zo zal ik me bij ieder doelpunt van Oranje van een bouwsteiger laten vallen.

Dat doelpunt moet dan wel worden gemaakt door Rob Rensenbrink. Of door een familielid van Rob Rensenbrink. Of door iemand die schuimbekkend van woede de redactie van deze krant weet te vertellen dat Rob Rensenbrink dus al op 24 januari 2020 is overleden en dat het dus voor de zoveelste keer is dat ‘den van Maaneveld’ de boel dus creatief aan het bedonderen is en dat hij dus graag een adres wil zodat hij me dus zelf van die bouwsteiger kan flikkeren. Dus.

Ook ga ik alle wedstrijden bekijken met de airconditioning uit. Die ik overigens niet heb. Nee. Ik heb geen airconditioning. Maar ja. Ik heb ook geen voetbalstadion. Dat streep ik tegen elkaar weg. Om zoveel mogelijk de onmenselijke omstandigheden na te bootsen waarin onze Oranje Leeuwen in die apocalyptische hel van Qatar hun sportieve prestaties ..moeten leveren bekijk ik alle wedstrijden in thermisch ondergoed. Ook als er verlengd moet worden. Natuurlijk allemaal onder deskundige begeleiding van een uitgebreid medisch team van specialisten. Ik ben een kunstenaar. Geen arbeider. Hahaha!

Als het Nederlands elftal op het WK een wedstrijd wint dan maak ik een redelijk bedrag over naar iemand in Oekraïne. Waarom Oekraïne? In de eerste plaats natuurlijk omdat ze in Qatar zelf zwemmen in het geld. En in de tweede plaats ook. En in de derde plaats omdat zeker in Oekraïne de bouwvakkers het op dit moment ook niet makkelijk hebben. Dat vergeten de mensen weleens. En dat moeten we niet willen in dit land. Dat de mensen de dingen vergeten. En dan kom ik dus om de hoek zeilen. Met deze woorden. Woorden die ik dan in de goeie volgorde zet. Opdat wij nooit vergeten.

Om de plaatselijke autoriteiten een beetje te jennen zullen alle blessures behandeld worden door een team van Artsen Zonder Grenzen. Natuurlijk met de nodige toeters en bellen. Denk dan aan bloederige amputaties op de rand van het zestienmetergebied en vele aftandse ambulances die met loeiende sirenes het veld op komen rijden en op weg naar zo’n geblesseerde speler alleen maar nog meer slachtoffers zullen maken om zo op schitterende en hartverscheurende wijze de gangbare modus operandi van de internationale hulpverlening te imiteren.   

Om ook alle zo goed als verongelukte en zwaar gehandicapte bouwvakkers te steunen zal ik tijdens alle wedstrijden in de 72ste minuut aan mijn vader denken. Ik doe dat door ludiek op een dwarslaesiefluit te blazen. Daarna ga ik douchen. Heel kort.